vrouw en kind kijken uit over de weilanden bij de zaanse schans

Het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) publiceerde onlangs onderzoek naar luchtverontreiniging van verschillende bronnen en de invloed op het krijgen van COVID-19 en de ernst van de ziekte. Blootstelling aan fijnstof en stikstofdioxide in de drie jaren voor de epidemie laten een groter risico zien op besmettingen met het virus SARS-CoV-2. Het onderzoek bekeek onder andere de bronnen wegverkeer, veehouderij en industrie. Veehouderij bleek een rol te spelen in het aantal besmettingen en een ernstiger verloop van de ziekte.

Dit onderzoek kwam in samenwerking met Universiteit Utrecht, Wageningen University & Research en de GGD Gemeentelijke/gewestelijke gezondheidsdienst (Gemeentelijke/gewestelijke gezondheidsdienst)’en tot stand. Uit eerdere wetenschappelijke onderzoeken wereldwijd is al langere tijd bekend dat luchtverontreiniging een risicofactor is voor luchtweginfecties. Verbetering van de luchtkwaliteit kan geen epidemie voorkomen, maar het heeft wel positieve effecten op de incidentie van COVID-19 en het verloop van de ziekte.